Inleiding
Ben je bekend met begrippen als ‘uploaden’, ‘downloaden’ en ‘googlen’? Het lijkt alsof deze termen tegenwoordig zo alledaags zijn dat iedereen ze begrijpt. Echter, laten we eens stilstaan bij het feit dat niet iedereen deze digitale terminologie kent. In Utrecht alleen al zijn er maar liefst 30.000 mensen die niet digitaal vaardig zijn en moeite hebben met het gebruik van een computer. Wat betekent dit eigenlijk? Waarom is deze kloof in digitale kennis zo groot en wat zijn hiervan de gevolgen? Is het überhaupt belangrijk om deze kloof te dichten? Deze vragen vormen het uitgangspunt van onze verkenning naar de impact van digitale ongelijkheid.
Digibeten vormen een van de meest diverse groepen ter wereld.
Wie denkt dat digibeten, mensen die niet digitaalvaardig zijn, vooral ouderen zijn, heeft het bij het verkeerde eind. Zo is de groep van 30.000 mensen zo divers als maar kan. De digibeten uit Utrecht zijn voornamelijk mensen die een taalachterstand hebben of het niet al te breed hebben. Daarnaast bestaat een gedeelte ook uit ouderen of mensen die na twintig jaar hard werken met de handen voor een carrièreswitch gaan en voor het eerst gebruik moeten maken van een computer!
Wat kunnen digibeten precies niet met de computer?
Er zit best een verschil in de mensen die niet digitaal vaardig zijn. Om dit in te schatten, houden wij onder andere intakegesprekken en testen wij mensen op hun computerkennis. Dit doen we door een computer voor hen te plaatsen en vragen te stellen zoals het aanzetten van een computer, het openen van een document of het schrijven van een e-mail. Door te zien hoe ver zij komen, plaatsen wij hen in verschillende cursussen. Dit zijn de volgende cursussen:
Cursus A – De basis
- Een cursus waarbij cursisten de computer leren te begrijpen. Hierdoor wordt de angst weggenomen bij de cursisten om juist aan de slag te gaan met de computer. Na het begrijpen van hoe het systeem werkt, worden de cursisten bekend gemaakt met zoeken op het internet, het opslaan van documenten en belangrijke begrippen van de computer.
Cursus B – De verdieping
- Cursisten kunnen na een intake worden ingedeeld in cursus B of stromen cursisten door vanuit cursus A. In deze cursus leren de cursisten de computer eigenhandig te maken en hoe zij deze dagelijks kunnen gebruiken. Zo leert de cursist navigeren in Google Drive en het opzetten en versturen van een e-mail.
Cursus C – Het vervolg
- Nadat de cursisten zijn geslaagd voor cursus B, kunnen ze doorstromen naar cursus C. Hier worden onderwerpen behandeld waar de cursist zelf zin in heeft, zoals social media, het gebruik van computer en smartphone samen, en het maken van presentaties.
Waarom is deze kloof in digitale kennis zo groot en wat zijn hiervan de gevolgen?
De digitale kloof wordt vergroot door een combinatie van factoren, waaronder beperkte toegang tot technologie, ongelijke kansen in onderwijs en training, culturele verschillen en leeftijdsverschillen. Deze kloof heeft verstrekkende gevolgen voor individuen en gemeenschappen wereldwijd. Economische ongelijkheid wordt versterkt doordat mensen met beperkte digitale vaardigheden worden benadeeld op de arbeidsmarkt. Beperkte toegang tot digitale informatie en diensten kan leiden tot sociale uitsluiting en belemmerde toegang tot essentiële services zoals gezondheidszorg en onderwijs. Bovendien kan de digitale kloof de democratische participatie beperken door mensen uit te sluiten van online politieke informatie en processen. Het aanpakken van deze kloof is cruciaal om gelijke kansen, inclusie en participatie in een steeds meer gedigitaliseerde samenleving te bevorderen.
Maar zelfs eenvoudige taken worden onmogelijk, zoals het controleren of een trein rijdt of het herkennen van valse e-mails, WhatsApp en andere valse berichten, wat niet wordt opgemerkt door een beperkte digitale kennis. Bovendien worden juist taken zoals online bankieren steeds vaker gebruikt, waardoor mensen buiten de maatschappij vallen.
Waarom is het belangrijk om dit probleem aan te pakken?
Het aanpakken van de digitale kloof is van belang vanwege de effecten die het heeft op gelijke kansen, economische groei, sociale inclusie, democratische participatie en wereldwijde ontwikkeling. Door gelijke toegang tot digitale kennis en technologieën te bevorderen, kunnen we de kansen voor iedereen vergroten, zowel op persoonlijk als professioneel vlak. Daarnaast stimuleert het verkleinen van de kloof economische groei door meer mensen in staat te stellen deel te nemen aan de digitale economie. Bovendien draagt het bij aan het verminderen van sociale uitsluiting en het bevorderen van een inclusieve samenleving. Het vergroot ook de democratische participatie door bredere toegang tot informatie en deelname aan het politieke proces mogelijk te maken.